Opb. 1:1.(15) Joh.7:15-16/Joh.8:28.

Openbaring 1:1 in combinatie met Johannes 7:16.

Naar aanleiding van de tekst verwijzingen zoals die zijn opgegeven in de Studiebijbel van het CvB. Dat is het Centrum voor Bijbel onderzoek te Veenendaal. 

Openbaring 1:1 HSV.

Openbaring van Jezus Christus, die God Hem gegeven heeft om Zijn dienstknechten te laten zien wat spoedig moet geschieden, en Hij heeft die door Zijn engel gezonden en aan Zijn dienstknecht Johannes te kennen gegeven.

Johannes 7:15-16. SV en NBV.

[15] En de Joden verwonderden zich, zeggende; Hoe weet deze de schriften, daar Hij ze niet geleerd heeft?

De Joden waren verbaasd: Hoe weet Hij dat allemaal, terwijl Hij geen opleiding heeft gehad?

Hoe kan het zijn dat de Joden weten dat Jezus geen opleiding heeft gehad. Dit zullen de Joden zijn geweest van zijn eigen woonplaats Kapernahum. Die hadden hem leren kennen als de Timmerman de zoon van Jozef en Maria. Zij konden weten dat hij niet was opgeleid tot rabbijn of schriftgeleerden. Eigenlijk zou het dus voor Zijn stadsgenoten een bewijs moeten zijn dat deze Jezus minstens een profeet was. Jezus had kennis net als de profeten. Kennis die Hij niet van mensen had geleerd maar van God. Dit gegeven is de reden waarom dit Bijbelvers door de Studiebijbel in verband wordt gebracht met openbaring 1:1. Daar gaat het immers ook over openbaring. Zo was de kennis van Jezus niet iets wat hem geleerd was door de mensen maar geopenbaard door God, Zijn hemelse vader. Ondanks dat Jezus deze kennis bezat wilde de meeste mensen uit Kapernahum niet in hem geloven Daar reageerde Jezus op met de volgende uitspraak:

Markus 6 HSV.

[1] En ging vandaar weg en kwam in Zijn vaderstad en Zijn discipelen volgden Hem. [2] En toen het sabbat geworden was, begon Hij in de synagoge te onderwijzen; en velen die luisterden, stonden er versteld van en zeiden: Waar heeft Deze die dingen vandaan en wat is dit voor wijsheid die Hem gegeven is, dat ook zulke krachten door Zijn handen gebeuren? [3] Is Dit niet de timmerman, de Zoon van Maria en de Broer van Jakobus en Joses en van Judas en Simon? En zijn Zijn zusters niet hier bij ons? En zij namen aanstoot aan Hem. [4] En Jezus zei tegen hen: Een profeet is niet ongeëerd, behalve in zijn vaderstad en bij zijn familie en in zijn huis.

Wij vervolgen onze studie vanuit Johannes 7.

[16] Jezus antwoordde hun en zeide; Mijn leer is Mijne niet, maar Desgenen Die Mij gezonden heeft.  

Jezus zei: Wat Ik onderwijs heb ik niet van Mijzelf, maar van Hem die mij gezonden heeft.

Opnieuw stel ik mij de vraag die elders op deze site ook aan de orde komt, 'in hoeverre is deze tekst in tegenspraak met de leer van de Heilige Drie-eenheid.' Als Jezus zegt: " Mijn leer is Mijne niet" of  "wat Ik onderwijs heb Ik niet van Mijzelf." Opnieuw blijkt hoe Hij ondergeschikt is aan Zijn hemelse Vader. 

De volgende verwijstekst van de Studiebijbel is:  

Johannes 8:28.

Ik maak gebruik van Johannes 8:26-29. uit twee vertalingen.

SV [26] Ik heb vele dingen tot u te zeggen en te oordelen; maar Die Mij gezonden heeft, is waarachtig; en de dingen die ik van Hem gehoord heb, die zelve spreek ik tot de wereld. 

NBV Ik zou veel tot uw veroordeling kunnen aanvoeren, maar wat Ik tegen de wereld zeg is wat Ik gehoord heb van Hem die mij gezonden Heeft, en hij is betrouwbaar. 

Jezus zou veel kwaads over de mensen kunnen zeggen, maar hij zegt alleen wat Hij van de Vader tegen hen moet zeggen en dat doet Jezus om dat Hij die Hem gezonden heeft te vertrouwen is en de waarheid is.   

[27] Zij verstonden niet dat Hij hun van de Vader sprak. 

De mensen begrepen niet dat Hij over de Vader sprak.

Toen Jezus sprak over Hem door wie Hij gezonden is begrepen zij niet dat Hij met hen sprak over de Vader. Dat is eigenlijk wel bijzonder. Ik bedoel dat Jezus het heeft over 'de Vader.' Je zou ook kunnen zeggen Hij heeft het over God. Die God heeft een naam. Maar onder de Joden wist men niet meer hoe je die naam moest uitspreken. En de wetenschappers van vandaag weten het eigenlijk ook niet. Meen had er in het verleden voor gekozen om die naam niet uit te spreken om dat ze God te heilig vonden om Zijn naam te noemen. Dus als men die naam Las in de heilige boeken dan sprak men over De Naam. ook sprak men over de Heer. Men schrijft ook wel G,d of  G-d met als betekenis God. Het lijkt er op alsof Jezus de naam van God ook nooit heeft uitgesproken. Voor zo ver ik weet vinden wij in het Nieuwe testament nergens een tekst waaruit blijkt dat Jezus God bij zijn naam noemde. Hij sprak wel over Hem door wie hij gezonden was en Hij noemde God Zijn Vader. Dat Hij God Zijn Vader noemde was helemaal uitzonderlijk. Geen Jood zou het in zijn hoofd halen om God zijn vader te noemen. Maar in vers 27 heeft hij het niet over Zijn vader maar over De Vader. Je zou zeggen dat is de Vader bij uitstek. Er is in de bewoordingen van Jezus niemand zo Vader als God Vader is. Het werd hem verweten dat hij zich aan God gelijkstelde door hem Zijn Vader te noemen. Maar Hij leerde ons om God, onze vader te noemen! Wij die van nature zondaars zijn worden opgeroepen God onze vader te noemen. Hoe wel, pas op er zijn er ook die door Jezus worden ge kwalificeert als mensen die de duivel als vader hebben. (Johannes 8:44) https://www.bible.com/nl/bible/328/JHN.8.44.nbg51 

[28] Jezus dan zeide tot hen: Wanneer gij dan de Zoon des mensen zult verhoogt hebben, dan zult gij verstaan dat Ik Die ben. En dat Ik van Mij zelve niets doe; maar deze dingen spreek Ik, gelijk Mijn Vader Mij geleerd heeft. 

Wanneer U de mensen Zoon hoog verheven hebt, ging Jezus verder, dan zult u weten dat Ik het ben, en dat ik niets uit Mijzelf doe maar over deze dingen spreek zoals de vader het Mij geleerd heeft.

De mensen Zoon dat is Jezus die wordt genoemd de Zoon van God en de Zoon des mensen. Er komt een moment dat iedereen hem als zodanig zal eren (Filippenzen 2:10-11) 

https://www.bible.com/nl/bible/328/php.2.10-11.nbg51

[29] En die Mij gezonden heeft, is met Mij. De Vader heeft Mij niet alleen gelaten, want ik doe altijd wat Hem behaaglijk is. 

Hij die Mij gezonden heeft is bij Mij; Hij heeft Mij niet alleen gelaten, om dat ik altijd doe wat Hij wil.

Jezus is door de Vader gezonden en hij heeft alles van de vader nodig om te doen wat hij moet doen. Ik vraag mij af; in hoeverre is dat in tegenspraak met de leer van de Heilige Drie-eenheid?